Hoge Raad: AG HvJ adviseert: louter "loss of control" van gegevens is geen immateriële schade in de AVG
Op 6 oktober 2022 publiceerde de Advocaat-Generaal (AG) het advies aan het Hof van Justitie in de zaak van UI tegen de Oostenrijkse post over het begrip immateriële schade van artikel 82 AVG.
Advies AG
De AG adviseert het Hof om Artikel 82 AVG als volgt uit te leggen:
Voor de erkenning van het recht op vergoeding van de schade die een persoon stelt te hebben geleden als gevolg van een schending van die verordening, is de enkele inbreuk op de desbetreffende regel op zich niet voldoende indien die inbreuk niet gepaard gaat met daaruit voortvloeiende materiële of immateriële schade.
De in de AVG geregelde vergoeding van immateriële schade strekt zich niet uit tot de loutere ergernis die de benadeelde kan ondervinden als gevolg van de inbreuk op de bepalingen van die verordening.
Het staat aan de nationale rechter om in elk concreet geval op basis van de kenmerken van het subjectieve gevoel van onbehagen te bepalen wanneer een dergelijk gevoel als immateriële schade kan worden aangemerkt
Achtergrond: boze Ul claimt € 1.000 aan immateriële schade voor boosheid en ergernis
UI claimde € 1000 schadevergoeding van de Österreichische Post AG vanwege de praktijk van Post om informatie te verzamelen over de partijaffiniteiten van de Oostenrijkse bevolking. Met behulp van een algoritme heeft Post volgens bepaalde sociaal-demografische kenmerken „adressen van doelgroepen” gedefinieerd.
Post verrichte een statistische extrapolatie om te bepalen tot welke mogelijke doelgroepen Ul behoort voor verkiezingsreclame van politieke partijen. Volgens deze extrapolatie heeft UI een hoge affiniteit met één van de politieke partijen. Post heeft die gegevens niet aan derden doorgegeven.
UI, die geen toestemming had gegeven voor de verwerking van zijn persoonsgegevens, ergerde zich over het opslaan van gegevens over zijn sympathieën voor politieke partijen, en was erg boos en beledigd over de affiniteit die Post hem concreet had toegeschreven.
UI vorderde een vergoeding van 1 000 EUR voor immateriële schade (innerlijk onbehagen). Hij stelt dat de hem toegeschreven politieke affiniteit beledigend en beschamend is en bovendien schadelijk is voor zijn reputatie. Voorts heeft de handelwijze van Österreichische Post hem erg boos gemaakt en ervoor gezorgd dat hij zijn vertrouwen is verloren en dat hij zich voor schut gezet voelde.
De Oostenrijkse rechters wezen de vordering af. Het Oostenrijkse Oberste Hof heeft het Hof van Justitie vragen gesteld over de uitleg van het begrip immateriële schadevergoeding in de zin van artikel 82 AVG.
Vanuit Nederlands perspectief bevat het advies logische gedachten. De AG adviseert ook dat het verlies van controle over gegevens niet onvermijdelijk tot schade hoeft te leiden. De AG ziet "loss of control" niet als zelfstandige grond voor schadevergoeding.
Het Hof van Justitie doet over enkele maanden uitspraak.
ECLI:EU:C:2022:756, HvJ, C 300/21, InfoCuria Rechtspraak